Ik was een tijdje in Berlijn, waar ik al een tijdje niet was geweest, om precies te zijn 7 maanden. Het was er koud, en warm, en ik heb veel mensen ontmoet, maar ook alleen in bed gelegen met een dvd (want ziek). De (toekomstige) elite van Spanje en Italie de stad laten zien, en met de Köpipunks het hof gedeeld.
Een korte, onbewerkte notitie uit deze stad.
"Ik zit in mijn hotelkamer op bed. TV aan, een uur de tijd voor mezelf.
Voor me staat een doosje. Het past precies goed in mijn hand en is paars met blauw. Het doosje omhult een plastic beker, waarvan de inhoud €3,95 kost.
Laagjes
Onderop 5 cm rabarbercompote.
Daarbovenop een groen laagje pistache.
5 Cm mascarpone volgen, bedekt met een donkere glimmende chocolade.
Een trotse framboos met drie blaadjes roze liggen er bovenop.
Kadewe failliet?"
Ik had geen camera bij de hand, daarom deze poging tot beschrijving. Ook vond ik de volgende beschrijving: "een fiets genaamd 'rotor'
staat tegen de deuren geleund, grijs tegen grijze deuren. een knaloranje fietstas aan hem vastgeklikt, waaruit een fles steeks met blauwe dop - club mate, weet ik. de fles blaast zacht belletjes."Ik zie vaak mooie dingen, die ik wil fotograferen, maar misschien moet ik me oefenen in het beschrijven van dingen. Dan kan ik kijken wat ik wil, en hoef geen apparaat uit mijn tas te halen en het opzichtig ergens op richten! Nu weer terug in Italie. Vanuit de trein naar huis deze notitie."Ik zit bij de kapper. Daar ga ik alleen heen als het echt moet, bijvoorbeeld als ik een mini-matje in mijn nek voel kriebelen, of als mijn vriend me liefkozend 'mufflon' noemt. Deze keer zit ik bij de kapper vergezeld van mijn schoonouders, die een knipbeurt ook nodig achtten. Buiten is het 33 graden, en de korte haartjes plakken in mijn nek. Kort wil ik het gezien de warmte, deze keer mijn excuus. Ik wil het altijd kort, omdat ik dan langer niet naar de kapper hoef. Aan small talk hoef ik mij niet te wagen, omdat paradoxaal genoeg mijn Italiaans niet toereikend is - ook een fijn excuus. Dan maar in de spiegel staren.De kapster is het ex-vriendinnetje van mijn vriend, zou ze daarom zo ruw doen? De tranen springen in mijn ogen als ze mijn oren als haren opzij probeert te kammen. Telkens weer landt die vermaledijde kam op plekken die enige tederheid niet zouden misprijzen. Langzaamaan bevrijdt mijn hoofd zich van overtollige haren. Nu, weet ik, begint de echte lol voor de kapper en het lastige moment voor mij. Normaal gezien, thuis dus, was ik mijn haren en kam ze een beetje en klaar. De trots van de kapper bestaat uit föhnen, met ingewikkelde spullen de slag uit mijn haren halen, of juist een kunstmatige wildheid tevoorschijn toveren, en het volgooien met plakkerige stinkende troep. Hoe moet ik zo over straat? Ik voel me opgedoft, een treurige travestiet. Dit nog versterkt door de goedkeurende blik van mijn schoonmoeder, die mij eindelijk eens 'verzorgd' door het leven ziet gaan - met hele korte haren weliswaar, maar dat is allang weggelacht. 'Ach het staat haar toch zo leuk' indiceert een kapsel buiten de norm, want lange haren hoeven niet besproken te worden, tenzij uiteraard aan het hoofd van een man. Gelukkig heb ik gisteren een zonnebril gekocht, waarmee ik me even een Italiaanse kan wanen: blauwe ogen bedekt, zorgvuldig gestyled haar. Thuis ga ik me snel douchen.